Het is al zeer lang geleden dat er nog eens tijd was om te bakken en bloggen. Van thuisblijfmama naar werken in de fitness, naar terug studeren, naar juf An van het zesde leerjaar … het heeft wat tijd en moeite gekost :-). Het weekje extra kerstvakantie blijkt dus het moment te zijn om er terug (voor even dan toch) aan te beginnen. Kerstmis en een huis dat naar kaneel ruikt, de perfecte combinatie!
Het recept vond ik in een tijdschrift : ‘Sweet bakery’ de speciale editie van 2013. De moeilijkheid en duur van de bereiding vallen goed mee. We werken met een gistdeeg, dus wel rekening houden met de rusttijden van je deeg.
Wat heb je nodig ?
Voor het deeg :
– 200ml melk
– 16g droge gist
– 500g bloem
– 50g suiker
– zout
– 1 ei
– 50g boter
Voor de vulling :
– 2el kaneelpoeder
– 50g suiker
– 1 zakje vanillesuiker
– 300g marsepein
– 60g boter
We beginnen met het deeg. Je verwarmt de melk tot deze lauwwarm is. Je doet de bloem, suiker, gist en het zout in je mengkom. Je maakt een kuiltje en voegt hierin het ei toe. Je giet de melk erbij en je laat de deeghaken van de mixer hun werk doen. Wanneer het deeg zich als een bol vormt, meng je nog 3 minuten door. Je laat het deeg nu 40 minuten afgedekt met een doek rusten.
Voor de vulling meng je het kaneelpoeder met de suiker. In een andere kom rasp je de marsepein grof. Kluts het ei en meng het met de marsepein, je gebruikt hiervoor een vork. Smelt de boter en laat deze afkoelen.
Wanneer je deeg 40 minuten gerust heeft, zou de gist zijn werk moeten gedaan hebben en zou je deeg ongeveer verdubbeld moeten zijn in volume. Je bestuift je werkblad met bloem en je kneedt je deeg kort door. Daarna rol je het uit tot een rechthoek van ongeveer 35x65cm. Je besmeert je deeg met 2/3 van je gesmolten boter en je verdeelt het marsepeinmengsel erover. Ik heb enkele scheppen genomen, deze verdeeld over het deeg en dan met een lepel lichtjes uitgesmeerd. Als laatste bestrooi je het marsepeinmengsel met de kaneelsuiker.
Rol nu het deeg op vanaf de lange kant. Leg het op een stuk bakpapier en snij de rol in de lengte bijna helemaal doormidden. Zorg ervoor dat je bovenaan nog een stukje hebt waar het deeg niet doormidden gesneden is. Nu draai je de 2 losse strengen voorzichtig rond elkaar en vorm je een krans. Druk de uiteinden samen en leg je bakpapier op je bakplaat. Smeer de krans in met de overschot van je gesmolten boter. Dek de krans terug af met een doek en laat nog eens 20 minuten rusten.
Nu bak je de krans een 25 à 30 minuten in een voorverwarmde oven van 175°C. Ik gebruikte boven- en onderwarmte en de krans was na een 35-tal minuten klaar.
De geur was onweerstaanbaar, dus we hebben hier niet gewacht tot de krans helemaal was afgekoeld. Perfect te combineren met een glaasje appeljenever ;-).
Smakelijk en fijne kerstdagen !